Oplossen van problemen

Oplossen van problemen

In deze module verkrijg je inzicht in de volgende aspecten:

  • De voordelen van het oplossen van problemen en hoe allerlei soorten problemen kunnen worden aangepakt.
  • Manieren om impulsief handelen te voorkomen.

Vertrekpunt

Bepaal je huidige niveau van zelfvertrouwen.

Geef per vaardigheid aan hoeveel zelfvertrouwen je erin hebt.

(1 = geen zelfvertrouwen; 2=enig zelfvertrouwen; 3=veel zelfvertrouwen)

geenenigveel

Als je jezelf een 1 of 2 hebt gegeven zal deze module bijzonder nuttig voor je zijn. Maar ook als je aangegeven hebt veel zelfvertrouwen te hebben, staan er hieronder dingen die nuttig voor je kunnen zijn. Maak oefening 1 voordat je verder gaat naar de volgende module.

Hier zijn drie manieren waarop veel mensen omgaan met problemen:

Deze aanpak komt overeen met de ‘kop in het zand’ steken om met woede om te gaan. Deze benadering behelst het niet-erkennen van het probleem. Het wordt gekenmerkt door uitstel, passiviteit (hopen dat het probleem vanzelf verdwijnt) en het verzinnen van excuses voor het gebrek aan daadkracht (Vb. ‘Ik kan er toch niets aan veranderen’). Mensen die deze aanpak vertonen geven soms andere mensen of situaties de schuld. Het probleem zelf blijft onopgelost.


Mensen die deze benadering toepassen handelen vaak impulsief of nonchalant en kunnen boos of van streek raken. Ze denken bijna nooit na over meerdere oplossingen of over de gevolgen en maken haastige beslissingen die soms het probleem alleen maar verergeren.


Dit is een systematische aanpak van problemen. Het behelst het bepalen van het probleem, het uitkiezen van een mogelijke oplossing, de toepassing daarvan en de evaluatie van deze oplossing. Hieronder staat een lijst met zaken om te overwegen wanneer je op deze manier een probleem aanpakt.

Stap 1 – Bepaal het probleem (wat is het)

Wees precies. Bijvoorbeeld: wanneer je niet gelukkig bent op je werk, denk er dan over na waardoor dit wordt veroorzaakt. Zijn het de werktijden, het reizen naar je werk of het soort werk?

Stap 2 – Pauzeer en denk na. Handel niet zonder goed over de dingen na te denken

Neem de tijd om alles grondig te overdenken, voordat je een beslissing neemt.

Stap 3 – Ga op zoek naar informatie uit betrouwbare bronnen

Ga niet gokken op een bepaalde uitkomst en vertrouw niet op de meningen van anderen.

Stap 4 – Bedenk een aantal oplossingen

Hoe meer oplossingen je bedenkt hoe meer opties je hebt. Zelfs als ze onrealistisch zijn, is het de moeite waard al je mogelijkheden te overschouwen.

Stap 5 – Ga de voor- en nadelen van iedere oplossing na

In het deel over onmiddellijke behoeftebevrediging introduceerden we een tabel met voor- en nadelen (kosten en baten/ opbrengsten en verliezen). Deze kan je gebruiken om elke soort beslissing te evalueren. Wanneer de kosten veel hoger zijn dan de baten is het duidelijk dat het geen goede beslissing is. Ook moet je jezelf afvragen of je niet een korte termijnoplossing kiest (bijv. alcohol, drugs of seks). Mocht dit zo zijn, bekijk dan nog een keer het deel over onmiddellijke behoeftebevrediging om uit te vinden waarom je dit doet.

Stap 6 – Kies de beste oplossing

Hopelijk is de beste oplossing duidelijk geworden dankzij de voor- en nadelenanalyse. Zo niet, praat dan met een betrouwbare vriend of familielid om een andere mening te horen. Als je aan diegene goed kunt uitleggen waarom je neigt naar een bepaalde richting, dan is de beslissing die je wilt nemen waarschijnlijk een goede. Hoogstwaarschijnlijk zullen ze je niet steunen wanneer je kiest voor een korte termijnoplossing die jou kortstondig beter doet voelen maar die het probleem niet aanpakt.

Stap 7 – Maak een plan over hoe je de oplossing wilt toepassen

Benjamin Franklin zei ‘door te falen in de voorbereiding, bereid je het falen voor.’ Zorg dus dat je goed voorbereid bent.

Stap 8 – Voer de oplossing uit

Zet het plan in werking.

Stap 9 – Evalueer hoe goed het heeft gewerkt

Als we de oplossing niet evalueren lopen we het risico om dezelfde fouten te herhalen of om domweg te denken dat we een probleem hebben opgelost, terwijl dat in werkelijkheid nog bestaat. Het kan zijn dat het je niet was gelukt het ware probleem te identificeren.

Bijvoorbeeld: Zo kan het zijn dat je dacht dat je het werk onprettig vond omdat je je collega’s niet graag mag en dat je daarom van werkplek bent veranderd. Nu dat je andere collega’s maar nog hetzelfde werk hebt besef je pas dat het in feite het soort werk is dat je zou moeten veranderen